REISKLOK Breguet et Fils No 1127 Ca. 1823

Reisklokken Tafelklokken

M&R120

REISKLOK
Gesigneerd: Breguet et Fils No 1127
Circa 1823
Frankrijk

Uurwerk

Het door een veer aangedreven messing platine-uurwerk bestaat uit gaandwerk, uitgevoerd met een Robin-echappement en regelbare ‘Breguet’-balans. Het uurwerk is tevens voorzien van slagwerk op aanvraag dat de uren en kwartieren aangeeft op twee bellen. Het wordt in werking gesteld door een knopje te bedienen, dat op de bovenzijde van de kast is aangebracht. Het uurwerk is daarnaast voorzien van wekkerwerk dat met behulp van een tweede knopje op de kast wordt opgewonden. De maker heeft het uurwerk op de achterplatine gesigneerd en genummerd Breguet et Fils No. 1127.

Wijzerplaat
De wit geëmailleerde wijzerplaat is voorzien van Arabische uurcijfers met vijfminuten- en minuutverdeling in een ring met streepjes. De tijd wordt aangegeven door twee geblauwd stalen Breguet-wijzers. De rechte wekkerwijzer is eveneens vervaardigd van geblauwd staal. De wijzerplaat wordt afgeschermd door een bol glas gevat in een geguillocheerde verguld messing lunet. Dit is tevens het deurtje dat geopend dient te worden, om het uurwerk op te winden. Boven de 12 bevindt zich de reglage van het uurwerk.

Kast
De houten kast van deze elegante Breguet reisklok is aan de buitenzijde gefineerd met mahonie. Aan de achterzijde is een schuif aangebracht om bij het uurwerk te komen. Op de kast bevinden zich de knopjes voor de wekker en het slagwerk en het messing vergulde handvat. De kast rust op vier messing vergulde bolpootjes.

Volgens het Breguet certificaat werd deze klok op 6 december 1823 verkocht aan de weduwe Manuel voor de prijs van FFr. 1700,=.

Gangduur 1 week

Hoogte 23,5 cm.
Breedte 14 cm.
Diepte 9 cm.

Literatuur: – Tardy, Dictionnaire des Horlogers Français, blz. 84 t/m 97.
– George Daniels, The art of Breguet, blz. 198.
– H.M. Vehmeyer, Antieke uurwerken, een familieverzameling, blz. 598 e.v.

Breguet
Abraham Louis Breguet werd 1747 geboren in Neuchatel (Zwitserland). Van 1762-1767 ging hij in de leer voor de opleiding horlogemaker, waarschijnlijk in Versailles bij Lépine en/of Berthoud. In 1768 emigreert hij met zijn ouders en zussen naar Parijs. s’Avonds bekwaamde hij zich in de wiskunde aan het Collège Mazarin. In 1775 trouwde hij met Cécile Marie Louise L’Huillier (geboren in 1752). In dat jaar begon het echtpaar een zaak op de Quai d’Horloge 51, thans nr.79, vlak bij Pont Neuf, midden in de uurwermakerswijk. Men kan dit het stichtingsjaar noemen van het huis “Breguet”. Hij associeerde zich in 1787 tot 1791 met Xavier Gide, een horlogehandelaar in Parijs. 12 augustus 1793 repatrieert Breguet met zijn vrouw en zoon Louis Antoine naar Zwitser¬land, op de vlucht voor de revolutie, eerst naar Genève, dan naar Neuchatel en uiteindelijk naar Le Locle. 10 april 1795 komen ze in Parijs terug en vestigen zich in 1796 op het oude adres aan de Quai d’Horloge. De jaren die dan volgen tot zijn dood in 1823, waren de vruchtbaarste van zijn leven. In 1807 komt zijn zoon Antoine in de zaak. Zijn zoon had een deel van zijn opleiding bij John Arnold in Londen. Hij heeft verschillende uitvindingen gedaan, waaronder de Breguet-opwindsleutel, diverse verbeteringen in het echappement van horloges, de ‘monter perpétuelle, de Tourbillion, de ‘pendule sympathique’, de ‘montres à tact’, ook ‘monter aveugle’ genoemd en de ‘heures sautantes’. Hij overleed op 3 september 1823 in Parijs.

Lees meer Neem contact op